Parkeren buiten bebouwde kom.
Mag ik mijn voertuig langs de voorrangsweg buiten de bebouwde kom parkeren?
Antwoord: Nee, u mag uw voertuig niet parkeren op de rijbaan van een voorrangsweg buiten de bebouwde kom. Dit is verboden volgens artikel 24 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV 1990).
Waar mag ik mijn voertuig dan wel parkeren?
Antwoord: Volgens artikel 24 van het RVV 1990 mag u uw voertuig niet parkeren:
- Binnen 5 meter van een kruispunt.
- Voor een in- of uitrit.
- Op een parkeergelegenheid als uw voertuig niet tot de aangegeven categorie behoort, op een andere manier is geparkeerd dan aangegeven, of op verboden dagen/uren.
- Langs een gele onderbroken streep.
- Op een laad- en losplaats.
- Op een vergunninghoudersparkeerplaats zonder geldige vergunning.
Wat zijn de gevolgen als ik mijn voertuig toch langs de voorrangsweg parkeer?
Antwoord: Als u uw voertuig parkeert op de rijbaan van een voorrangsweg buiten de bebouwde kom, kunt u worden beboet. De hoogte van de boete hangt af van de specifieke overtreding, maar kan oplopen tot honderden euro’s. Daarnaast kan uw voertuig worden getakeld en in beslag genomen.
Zijn er uitzonderingen op het parkeerverbod langs voorrangswegen?
Antwoord: Volgens artikel 24 lid 2 van het RVV 1990 gelden de parkeerverboden alleen in de aangegeven dagen en uren. Als er op het verkeersbord of onderbord geen specifieke dagen of uren worden genoemd, geldt het verbod 24 uur per dag. Er zijn verder geen uitzonderingen op het parkeerverbod langs voorrangswegen buiten de bebouwde kom.
Waar kan ik meer informatie vinden over de parkeerregels?
Antwoord: De volledige tekst van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV 1990) is te vinden op de website van de overheid: https://wetten.overheid.nl/BWBR0004825/2022-03-01. Hier kunt u alle regels met betrekking tot parkeren en stilstaan raadplegen.
- Artikel 24 (RVV 1990)
1.. De bestuurder mag zijn voertuig niet parkeren:
a. bij een kruispunt op een afstand van minder dan vijf meter daarvan;b. voor een inrit of een uitrit;c. buiten de bebouwde kom op de rijbaan van een voorrangsweg;d. op een parkeergelegenheid:1°. voor zover zijn voertuig niet behoort tot de op het bord of op het onderbord aangegeven voertuigcategorie of groep voertuigen;2°. op een andere wijze of met een ander doel dan op het bord of op het onderbord is aangegeven;3°. op dagen of uren waarop dit blijkens het onderbord is verboden;e. langs een gele onderbroken streep;f. op een gelegenheid bestemd voor het onmiddellijk laden en lossen van goederen;g. op een parkeerplaats voor vergunninghouders, aangeduid door verkeersbord E9 van bijlage I , indien voor zijn voertuig geen vergunning tot parkeren op die plaats is verleend.
2. Indien onder de verkeersborden E4 tot en met E8, E12 en E13 van bijlage 1 , op een onderbord dagen of uren zijn vermeld, gelden de uit het bord of onderbord voortvloeiende geboden of verboden slechts gedurende de aangegeven dagen of uren.3.De bestuurder mag zijn voertuig niet dubbel parkeren.
4. Indien een parkeergelegenheid, aangeduid met een van de verkeersborden E4 tot en met E9 of E11 tot en met E13 van bijlage 1 , is voorzien van parkeervakken, mag slechts in die vakken worden geparkeerd.